Stedendriehoek

KIJKEN (DEEL 1)

De tv staat aan. Eén van de beste Amerikaanse stand-up comedians treedt op. Ik moet beter worden op toneel, dus ik moet kijken. Heel veel kijken. Doe ik te weinig. Naar de televisie althans, overdag kijk en verwonder ik me gek. Dat schijnt zo te horen bij schrijvers en columnisten. Dit weekend heb ik wel een glimp van tv opgevangen; mijn buurman zit in Boer Zoekt Vrouw. Perfect gescripte Yvon-Jaspers-komt-op-blije-laarzen-aan-shots, tikkende theelepeltjes en semi-ongemakkelijke gesprekken. Boer Zoekt Vrouw stelde niet teleur. Loeren naar de boeren.

Als kind leer je al vroeg naar anderen te kijken.
‘Kijk maar Keesje, hoe Bertje dat doet. Doe hem maar na, doe maar wat hij doet’, en al stuntelend dondert Keesje van de kabelbaan. Op school wordt het niet veel anders. De dommerikjes moeten kijken hoe de bolleboosjes het doen en de non-atleten dienen vooral te koekeloeren naar de sportievelingen. Afkijken. Zien hoe het moet.

Die afkijkerij wordt er vervolgens zo rond groep 5, zodra de cijfertjes en toetsen wat beginnen mee te tellen, zorgvuldig uitgefoeterd. Afkijken mag niet. Vanaf dan is het ieder voor zich. Samen is voorbij, vanaf nu is het jij tegen de wereld.

Dat kabbelt tot een jaar of 18 door. Je mag wel een beetje sociaal pielepallen, maar je moet het zélf gaan halen! Presteren. Goal getten. Stippen aan de horizon. Daar wordt naar gekeken. En met een schuin oog naar anderen. Opkijken, vooral. Opkijken naar collega’s, naar de buren, naar anderen met waarschijnlijk meer geld, weelde, seks of geluk. We loensen ons lens op Instagram naar perfecte lichamen, kwijlen bij het zien van andermans dikke auto’s of groenen van jaloezie bij het aanschouwen van andermans perfecte leven.

Denk niet dat het verkeerd is. Kijken, begrijpen, verwonderen. En héél veel van elkaar leren. Overnemen. Maar dan moeten we naar de voor ons goede leermeester blikken. Ronaldo was nooit zo’n goede voetballer geworden als hij was blijven staren naar een ballerina. Een goudvis leert niet zwemmen van een koe. Het zou hem zelfs doodongelukkig maken door een koe te willen zijn.

Staar naar de juisten. Open je blik voor grote voorbeelden. Naar hen die we willen en die we zouden moeten zijn. Die dingen doen of levens hebben die bij ons passen. Zoals mijn buurman straks brieven krijgt van dames die denken bij hem te passen. Dames die hebben gekeken naar een programma waarbij ze een glimp van perfectie denken te hebben gezien.

De comedian staat in een zaal met meer dan 5000 zitplekken. Ik sluit mijn ogen en luister naar het lachsalvo. Ik moet meer kijken. Beter kijken. Niet alleen als schrijver en columnist, ook als cabaretier. Want ooit… Ooit donder ik ook al stuntelend van mijn cabaret-kabelbaan.