Stedendriehoek

‘Vol vertrouwen dat we samen sterker uit deze crisis komen’

Burgemeester zijn in coronatijd, het is geen baan om jaloers op te zijn, maar Jos Penninx (66) van de Gemeente Voorst staat me toch heel ontspannen te woord. Hij heeft geen makkelijke maanden achter de rug, met ook het overlijden van zijn vader in deze crisisperiode, maar niettemin blikt hij positief de toekomst in: “Ik heb vertrouwen in de inwoners van Voorst; dat ze elkaar blijven aanspreken op ongepast gedrag, zoals het niet naleven van de anderhalvemetermaatregel en het anderszins niet in acht nemen van de RIVM-richtlijnen.”

Vooral de beginperiode van de corona-uitbraak was zwaar, geeft de PvdA-bewindsvoerder aan. “Niemand ging naar buiten tijdens de lockdown, ook mijn vader niet. Hij zat in een verzorgingstehuis waar ook besmettingen hebben plaatsgevonden en mensen aan de ziekte zijn overleden, net als mijn vader. De noodgedwongen inperking van zijn bewegingsvrijheid en het feit dat hij geen bezoek mocht ontvangen heeft zijn situatie geen goed gedaan. Hij is bijna 98 jaar geworden, wel een gezegende leeftijd natuurlijk.”

Vanuit deze privéomstandigheden heeft Penninx wel uit eerste hand kunnen ervaren hoe de situatie in verpleeg- en verzorgingstehuizen binnen zijn gemeente zou zijn. “Dat hielp in elk geval mee om te begrijpen hoe we er in Voorst voor stonden. Het contact met andere instellingen en verenigingen is ook van begin af aan goed geweest. Veel videobellen, door mij maar ook de gemeentelijke organisatie om mij heen, en het was fijn dat al vrij snel allerlei goede initiatieven ontstonden vanuit de samenleving. Neem alleen al de bezorging van maaltijden voor mensen die gebonden waren aan huis. De sfeer binnen de dorpen van de gemeente bleef positief.”

Praktische zaken, zoals de uitkeringsadministratie, werden ook meteen van gemeentewege prima geregeld. “Als je van een voordeel mág spreken in coronatijd, is het toch wel juist het videocontact. Het niet fysiek hoeven reizen naar vergaderingen en conferenties elders in het land heeft veel tijd bespaard; die tijd hadden we ook nodig om binnen Voorst alles goed te kunnen regelen. Anderzijds hebben fysieke afspraken ook veel voordelen, want ja, bruidsparen die zoveel jaar zijn getrouwd kon ik niet bezoeken, de inwoners die een koninklijke onderscheiding mochten ontvangen heb ik eind april alleen kunnen bellen. Gelukkig heb ik begin deze maand de gedecoreerden dan toch persoonlijk mogen ontmoeten en toespreken.”

Duidelijke afspraken

Maar niet alles verliep per se beter in juli; bij het bedrijf Profish in Twello werden plots 43 nieuwe besmettingen gemeld. De burgemeester werd hierover zelfs nog bevraagd in het televisieprogramma Nieuwsuur. Een inwoonster mopperde in de bewuste uitzending dat ze deze lokale corona-uitbraak via de krant moest vernemen. Penninx weet ervan: “Vanaf dag één van de crisis hebben we als gemeente goed samengewerkt met de GGD, Arbeidsinspectie en de Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland (VNOG). Daarbij zijn duidelijke afspraken gemaakt, ook over de communicatie. Het is niet zo dat ik als burgemeester of wij als gemeente Voorst deze incidentele gevallen zomaar met iedereen mogen delen, uiteraard ook vanwege privacyredenen. Het is jammer dat ik in de uitzending niet meer de kans heb gekregen om dit uit te leggen.”

Al sinds zijn aantreden als burgervader van de Gemeente Voorst, in december 2006, begeeft Penninx zich al fietsend en wandelend door Twello, om ‘aanraakbaar’ te zijn voor de inwoners. “Het viel me in het begin van de coronacrisis op hoe rustig het was in het dorp. Lopend vanuit mijn woning naar het gemeentehuis kwam ik soms niemand tegen. Maar de mensen die ik wél tegenkwam, hielden zich van begin af aan keurig aan de anderhalvemeterregel. De laatste tijd bemerk ik nochtans dat mensen hier minder alert in worden, vermoedelijk omdat het aantal ziekenhuisopnames en de sterftecijfers een gunstig verloop hebben. Het draagvlak voor de RIVM-richtlijnen neemt zichtbaar af en dan hebben wij als overheid de taak om de inwoners hierop te blijven wijzen.”

Slim en verstandig

In economisch opzicht heeft de Gemeente Voorst nog geen zware tikken hoeven te incasseren, vertelt Penninx. “Maar de klap kan natuurlijk nog komen in het najaar, dus laten we daar voorzichtig mee zijn. Met bijvoorbeeld de horecaondernemers zijn goede afspraken gemaakt over hun terrassen in deze zomerperiode en het ís soms ook lastig om de kabinetsbesluiten te duiden. Want wanneer en waar mag je bijvoorbeeld wél binnen anderhalve meter en wanneer en waar níet. Bij verenigingen blijken daar (landelijk) nog veel misverstanden over te bestaan.”

In dit kader haalt Penninx nog even het voorbeeld aan waar het kabinet veel vragen over heeft gekregen: “Premier Rutte deelde op een gegeven moment mee dat de campings wel weer open mochten, maar de toiletgebouwen niet. Dit met het doel om de echt fanatieke kampeerders tegemoet te komen en tegelijk ook drukte op de campings te voorkomen, zodat effecten van deze verruiming landelijk bekeken konden worden. Maar dat lichtte hij niet zo toe en dat leidde tot veel onduidelijkheid en irritatie. Wat Voorst betreft hoop ik dat de burgers denken dat wij het op het gemeentehuis al die tijd verstandig hebben aangepakt. Zoals ik hoop dat de inwoners zich ook de komende tijd slim en goed zullen blijven gedragen.”

‘Normale leven’

Nu de wereld zoals wij die kenden vóór de coronacrisis weer enigszins lijkt te worden hersteld, komt ook in de Gemeente Voorst het ‘normale leven’ weer langzaamaan op gang. Dat geeft hier en daar ook praktische problemen, want de gemeenteraadsvergaderingen moeten binnenkort ook weer fysiek worden ingeregeld. Penninx: “Het online vergaderen ging verder prima, maar we willen graag dat de inwoners ook weer fysiek kunnen komen inspreken over de diverse agendapunten, zoals mobiliteit en Regionale Energiestrategie. Ons (tijdelijke) gemeentehuis aan de Hietweideweg in Twello is simpelweg te klein voor dergelijke bijeenkomsten; daar kunnen we nooit de anderhalve meter afstand waarborgen.”

Wat betreft de bijeenkomsten van de verenigingen en instellingen in de gemeente, verwacht de burgemeester veel proactiviteit vanuit de clubs zelf. “Zij mogen hun plannen binnen de gestelde kaders maken, wij hoeven daar vanuit het gemeentehuis geen toestemming voor te geven. Wij controleren wél met de politie of de RIVM-maatregelen worden nageleefd en denken desgevraagd ook met de verenigingen mee. Zelf heb ik handhaving in mijn takenpakket, dus ook daarmee gaan we verder aan de slag. We hebben al eerder een heuse denktank ingesteld vanuit handhaving, economie en sport; zo houden we uitstekend zicht op wat er speelt binnen de samenleving en kunnen we daar – indien nodig – ook sneller en efficiënter op inhaken. Met al deze genomen maatregelen en vol vertrouwen in de burgerlijke gehoorzaamheid van onze inwoners hoop en verwacht ik dat we als gemeente Voorst samen sterker uit deze crisis zullen komen.”

Dit artikel verscheen in onze bijlage Gewoon Voorst.