Stedendriehoek

Angst

Volgt u het nieuws op de voet? Of sluit u zich er juist voor af? De meeste mensen die ik ken doen iets ertussenin. Het verlammende gevoel van machteloosheid kan zo dominant zijn dat je je toevlucht in een uiterste zoekt – al dan niet tijdelijk. Afgelopen weekend deed ik m’n best nieuws-vrij te blijven. We waren zonovergoten uit, liepen over het strand en vierden een verjaardag. In de supermarkt kon ik me toch niet inhouden. Ik scande de krantenkoppen op de laatste ontwikkelingen. Het was niet gelukt burgers te evacueren uit de belegerde stad Marioepol in het zuidoosten van Oekraïne. Op de autoradio hoorden we een Vlaams acteur praten over Odessa. Hij was daar vier maanden geleden geweest om een film uit te zoeken voor het filmfestival van Oostende en roemde de levendige culturele scene van de Oekraïense stad. Die is inmiddels volkomen lamgelegd, net als in de rest van het land. En net als de rest van het normale leven.

Veel van wat we zien en horen gaat over de oorlog op drie uur vliegen van hier. Wat er niet direct over gaat, relateren we eraan, bewust of onbewust. De serveerster van de strandtent vertelt dat ze uit Letland komt. Dan stel je je meteen voor hoe ze piekert over de situatie in haar land. Je vraagt je af welke discussies ze na het werk met collega’s en vrienden voert, hoe ze naar het Nederlandse nieuws kijkt. Het is allemaal invullen natuurlijk. Misschien volgt ze het nieuws niet eens.

Intussen drinken we gin tonics en ijsthee. Eten we patat en flammkuchen. Zouden ze eten in de schuilkelders? Heb je gelezen over die Oekraïense jonge vrouw die hondenvoer kwam brengen bij een kennel die al drie dagen zonder voedsel zat, en slachtoffer werd van een bom? Weet je al over de vluchtende Russen die op de trein naar Finland sprongen? Over de vrees voor cyberaanvallen op bijvoorbeeld de Rotterdamse haven? En heb je die hond gezien, daar onder tafel? Precies een pierrot, met dat zwart rond zijn ogen, op die witte snuit.

 

Met de oorlog
kwam de angst de
hoek omzetten.

Hij leek even
achter te blijven,
maar dat was schijn.

Beide arriveerden stipt tegelijk.

Nestelden zich
als ondeelbaar geheel in het binnenste
van vele binnensten om vanuit daar
de boel te ontregelen.

Het was dan ook een oorlog
die zijn weerga niet kende
en een angst, die – nee: daarover
vrees ik
later
meer.