Stedendriehoek

Goed bekeken – Boekwerk

Elektronisch krekelgetjirp – een afgeschermd nummer.

‘Met Eke.’

‘Goedemorgen, met de Belastingdienst.’

‘Goedemorgen.’

‘Klopt het dat u in aanmerking wenst te komen voor de nieuwe ondernemersregeling?’

‘Dat klopt.’

‘Dan meld ik u dat het formulier incorrect is ingevuld. Er staat een verkeerde code bij.’

‘Dat begreep ik al van mijn belastingmevrouw, ja. Ze heeft dat hersteld als het goed is.’

‘O.’

‘Ze had het over een 1 die een 2 moest worden en dat heeft ze inmiddels gedaan.’

‘Moment alstublieft.’

Toetsenbordgeluiden. Geschuif met papieren. Meer toetsenbordgeluiden.

‘Daar ben ik weer, bedankt voor het wachten.’

‘Graag gedaan.’

‘Ik zie dat er inmiddels een formulier met de juiste code binnen is.’

‘Mooi.’

‘Er gaat een bevestiging uw kant op. Ik zie dat die gedateerd is op 28 februari. Hebt u die bevestiging nog niet ontvangen?’

‘Nee, ik heb niets binnen. Maar het is toch ook nog geen 28 februari?’

‘U hebt gelijk. Dat is correct. U gaat die bevestiging nog krijgen.’

‘…’

‘Mag ik u een prettige dag wensen?’

‘Dat mag. Die wens ik u ook.’

 

Waarom heb ik die man niet gevraagd waarom hij en zijn collega’s hun formulieren op een dag in de toekomst dateren? En hoe het komt dat hij nu pas reageert, terwijl zzp’ers vorig jaar al voor deze regeling opteerden?

Maar nee, ik geef schaapachtig antwoord en wens hem een prettige dag.

Nou heb ik wel meer dingen om me druk over te maken.

Zo lees ik net over een epische vondst in Rome: het graf van de stichter Romulus. Dat wil ik melden aan mijn klassieke-stukken-leesgroepje. Ik zou boos kunnen worden over het bedrag dat onze gemeente, die miljoenen tekortkomt, neertelt voor het live streamen van raadsvergaderingen. En dan hebben we het nog niet eens over het milieu-onvriendelijke aspect. Iemand onthulde me laatst het nieuwe ‘Zitten is het nieuwe roken’: ‘Streamen is het nieuwe vliegen.’ Ik zou me kunnen opwinden over de enorme hoeveelheden plastic afval die ik zondag door de stad zag waaien. Het was de dag voor de afvalmaandag, maar met het oog op de aangekondigde Ellen was het niet bepaald slim om die zakken vroeg buiten te zetten.

Ik zou mezelf kunnen uitfoeteren dat ik niet naar de Ode aan De Dijk in het Koelhuis ben gegaan, want dat wilde ik zo graag.

Maar nee. In plaats daarvan denk ik aan de theatrale zonsopgang die ik in Dat Bolwerck meemaakte. Een vrouw, een cellist, een pianist. Oorlogsvertellingen tegen de achtergrond van het ochtendgloren. Een winterkoninkje dat inzette – er zat een vogelkenner in de zaal – en even later de vertrouwde merel. Verhalen over lijden en moed, mededogen en toeval, goed en kwaad en de vage grens daartussen. Liederen die de strekking loepzuiver abstraheerden. Vannacht naar Dag, een voorstelling om te gaan zien, van Quirine Melssen & co.

Na afloop was er ontbijt: de Palestijnse kok en haar medewerkers hadden met smaken getoverd. Achteraf schreef ze over haar ‘schetterend team uit Iran in dat boekwerk’, een pracht van een naam voor de ruimte voor kunst en gedachten aan de Zaadmarkt.

Mag ik u een prettige dag wensen?