Stedendriehoek

‘Samenleving waar geen splinter talent verloren zal gaan’

Stichting Inclusive Wave werd in het leven geroepen door Nana Scholten en Henk Veneman, een initiatief om in de maatschappij meer aandacht te besteden aan gelijkheid. Nana Scholten werd geboren in Ghana en genoot daar een opleiding tot dermatoloog. Henk Veneman is zijn hele leven actief geweest in het onderwijs, heeft in zijn loopbaan meerdere scholen geleid, en is nu met pensioen. Samen zien zij nog genoeg problemen in het onderwijs.

Henk Veneman herkent de huidige gang van zaken in de samenleving in de film ‘Modern Times’: “In die film is de satire verbeeld op de industrialisatie in de samenleving. Alles is opgedeeld in deelprocessen. We worden ‘slaven’ van een systeem met voorbereide hapklare brokken. Aan ieder onderdeel zit een te meten resultaat en als dat resultaat niet wordt gehaald volgt er reparatie.” Veneman moest hier aan denken toen hij het nieuws las. “Afgelopen week kwam het nieuws naar buiten om ruim acht miljard in het onderwijs te investeren om de opgelopen achterstanden in coronatijd weg te werken. Reacties konden natuurlijk niet uitblijven. In de Volkskrant werd zelfs gerefereerd naar het Outbreak Management Team Onderwijs, een groep wetenschappers die onderzoek doet naar wat echt werkt. Geen bijspijkercursussen of zomerscholen, maar de lesuren voor rekenen en taal verdubbelen zou misschien het beste werken…”

In hokjes

“Ons onderwijssysteem is misschien wel afgeleid van de ideeën over industrialisatie. En als ik inclusief onderwijs wil propageren, is dat dan niet de zoveelste pleister op de wonde? Moeten we niet heel anders gaan denken over de systemen in het onderwijs. Anders dan de termen die we gebruiken bij het managen van industrieën? Anders dan in termen van leerfabrieken? Op deze manier van onderwijzen stoppen we kinderen in hokjes.” Veneman ziet dit in de schoolbanken terug als een soort wedstrijd: “Als ze de ‘race’ niet kunnen bijhouden en de achterstanden te groot worden zetten we ze in speciale scholen. Al vanaf het basisonderwijs. Dat we op twaalfjarige leeftijd kinderen voorsorteren op basis van hokjes: het vmbo met daarin weer verschillende stromen, havo, vwo, atheneum, en gymnasium. Hoezo gelijke kansen? Hoezo gelijkwaardigheid? Hoezo inclusieve samenleving”, vraagt Henk zich openlijk af.

Tweedeling in samenleving

“Lesgeven in burgerschap of vertellen over inclusiviteit kunnen dit systeemdenken niet fundamenteel veranderen. Ons onderwijssysteem zorgt voor een sterke sociale tweedeling en vergroting van ongelijkheid. Zo ontstaat er een samenleving waarin iedereen in eigen bubbels leeft. Een samenleving waarin geen gevoel meer is van gezamenlijke verbondenheid. Een samenleving is geen goede samenleving meer als er geen enkele verbinding is tussen de verschillende groepen mensen, dat leidt tot polarisatie.” Veneman kan zich vinden in een uitspraak van Nelson Mandela. De Zuid-Afrikaan vond dat er geen duidelijker beeld van de samenleving te krijgen is dan door te kijken naar de manier hoe we onze kinderen behandelen.

“Scholen zijn niet alleen leerfabrieken, het zijn oefenplaatsen in het klein voor een empathische samenleving. Waar geleerd wordt om naar elkaar te luisteren en samen beslissingen te nemen op basis van goede gesprekken. Empathie vraagt je in te leven in minderheidsstandpunten en samen consensus zien te vinden. Er zijn vernieuwingen in het onderwijs. In het jenaplanonderwijs zijn voorbeelden van mooie gespreksvormen en het leren luisteren naar elkaar en het vertellen van verhalen. Freinetonderwijs kent een traditie van klassenvergaderingen. Samen met elkaar oriënteren staat hoog in het vaandel van deze onderwijsvernieuwingen en niet alleen door de studie uit boekjes, maar ook door ontmoetingen met de reële werkelijkheid.”

Samenleefuitdagingen

Volgens Veneman moeten er dingen veranderen in het onderwijs: “Dit soort vernieuwingen blijven pleisters op de wonden als we niet totaal anders gaan denken over ons onderwijssysteem. Om een inclusieve samenleving te realiseren moeten we het onderwijs heel anders organiseren en daar anders over gaan denken. We moeten dan niet meer denken in termen als ‘leerachterstanden’. We hebben het dan bijvoorbeeld over ‘samenleefuitdagingen’. Het begint met het zo lang mogelijk, samen, naar dezelfde school gaan. Kinderen van vier tot zestien jaar gaan allemaal naar eenzelfde school, waar ‘goed burgerschap’ het basisvak is. Leren om samen te leven, zonder polarisatie, op zoek naar een eenheid. Dan zal die inclusieve samenleving volgen, waar geen splinter talent meer verloren zal gaan.”