Columns
‘Wat ben ik blij om hier te wonen. Zutphen is echt een kabouterstad.’ Oud-politicus en activist Roel van Duijn is aan het woord op de achtste Politieke Avond, georganiseerd door onder meer een van de bewoners van het pand waar het plaatsvindt, aan de Zaadmarkt, Peter van der Boom. Het idee: veel burgers zweven, twijfelen of haken af als het gaat om stemmen. Zet in maximaal zeven minuten je twijfel, zwevingen of (zelfs) afhaken bij de verkiezingen uiteen en/of luister en discussieer mee.
Vijf sprekers zijn er – drie mannen en twee vrouwen, uit verschillende generaties. Ik keek er al weken naar uit, omdat ik een van die vele twijfelende stemmers ben, en omdat ik snak naar gedachten uitwisselen over het politieke spectrum van nu. ‘Als student hadden we fel oplopende discussies,’ zei ik mijn geliefde, ‘de laatste tijd praat ik alleen met jou over politiek. En soms met de kinderen.’
Zowel hij als dochter vond het een goed idee om mee te gaan. Zo kwam het dat we afgelopen zaterdagavond in een volle huiskamer zaten. Achter ons zat de pianist klaar om al te lange sprekers te onderbreken, Peter had de avond geopend en het woord gegeven aan filosoof Dennis de Gruijter. Die schetste hoe zijn politieke voorkeur zich in de loop van zijn leven verplaatst had van behoorlijk links naar nogal rechts. ‘Sommige van mijn vrienden vinden me hier en daar zelfs extreem,’ betoogde hij. Vooral het moment dat hij en zijn partner kinderen kregen, was cruciaal in die ontwikkeling. ‘Niets is zo bedreigend voor je principes als ouder worden,’ stelde hij. Het was de aftrap van een boeiende avond vol persoonlijke ontdekkingsreizen in het politieke.
Zo was er een mevrouw die het zat was om zich machteloos te voelen en besloot zich aan te sluiten bij een politieke partij. Het werd Groen Links/PvdA. Die middag nog had ze folders uitgedeeld, in de regen. ‘Het valt me mee hoe democratisch het allemaal gaat,’ vertelde ze, ‘we worden actief bij de besluitvorming betrokken.’ Belangrijk punt voor haar is het goed luisteren naar elkaar, dat bracht ze in praktijk tijdens het folderen. ‘De ander met compassie kunnen aanhoren zorgt voor verbinding,’ betoogde ze. ‘Dan hoef je het niet eens met elkaar eens te zijn. Maar ja, ik ben maar een flyeraar.’
Precies dat citaat werd een paar sprekers later aangehaald. ‘Nooit meer zeggen: “ik ben maar een flyeraar,”‘ betoogde de jongste woordvoerder van de avond. ‘Dat is nou juist een manier om uit je bubbel te komen, om mensen te spreken die je anders nooit zou tegenkomen.’
Terwijl we luisterden naar bevlogen betogen, keek ik naar de ramen die uitkijken op de Zaadmarkt. Er was geen buiten te zien: de organisatie had een keur aan verkiezingsposters opgehangen. Het beeld van voormalig SP-leider Jan Marijnissen op de fiets, met zijn destijds vierjarige dochter, raakte me. Hij was een rolmodel voor me, die dagen. En inmiddels is zijn dochter alweer opgestapt als partijleider. Hoe kán tijd zo snel verstrijken?
‘De politieke discussie zou over drie dingen moeten gaan,’ hoor ik voormalig Provo en Kabouter Roel van Duijn zeggen. ‘De oorlog, het klimaat en het opkomend fascisme. Hopelijk gaan daar de komende verkiezingen over.’ Zijn woorden galmen na in mijn hoofd, terwijl we vervuld naar huis lopen.
Op naar de feestdag, waarop we ons democratisch recht weer mogen laten spreken.
Stem-ze, allemaal.