“Het leeft hier ook echt, hè?” Richonell knikt met zijn hoofd richting De Adelaarshorst. “Die supporters geven me energie. Toen we bijvoorbeeld de gelijkmaker maakten tegen Ajax begin dit seizoen, kreeg je meteen het gevoel dat je eroverheen kunt gaan. Dat is de wisselwerking waar ik al vaak over gehoord had, maar nu je het zelf ervaart, is dat wel heel bijzonder.” Wat de supporters verder van hem kunnen verwachten? “Ik ben een creatieve speler”, vertelt Richonell desgevraagd. “Verder ben ik sterk en heb ik snelheid. Alleen koppen is iets wat ik nooit goed heb gekund.” Richonell lacht er een beetje bij. “Ik heb het echt geprobeerd, maar het timen lukt vaak niet echt. Dat is wel iets waar ik graag aan wil werken.”
Leren
In een kwart eeuw heeft Margaret al een heel voetballeven achter de rug. Op zijn achtste begon hij in de jeugd bij Ajax. “Dat was best een heftige periode”, vertelt hij. “En begrijp me niet verkeerd. Ik heb daar een leerzame tijd gehad en als ik daar kom, ken ik nog steeds veel mensen. Ajax voelt nog steeds een beetje als mijn thuis. Maar in de Ajax-jeugd moet je op jonge leeftijd al veel inleveren en elk jaar presteren. Het voelt soms een beetje als een fabriek. Je wordt constant beoordeeld alsof je een product bent. Zelf was ik daar destijds best gevoelig voor, dus dat was soms wel zwaar. Uiteindelijk leer je ontzettend veel van zo’n periode waarin er veel druk op je ligt.”
Terwijl Richonell op zijn achtste al bij een Nederlandse topclub speelde, had het niet veel gescheeld of hij was nooit gaan voetballen. “Vroeger wilde ik helemaal niet voetballen”, lacht hij. “Als ik als klein jongetje op het veld stond, raakte ik de bal amper aan en keek ik vooral naar wat anderen deden. Maar mijn vader was trainer bij onze club en ik trainde vaak mee met zijn teams. Hij heeft me het voetbal uiteindelijk echt geleerd en daar ben ik hem heel dankbaar voor.”
Surinaamse avonturen
“Ik kom uit een heel fijn gezin”, vervolgt Richonell. “Mijn ouders zijn super belangrijk voor me. Op mijn armen heb ik dan ook mijn vader en moeder getatoeëerd staan. Mijn vader is in Suriname geboren en mijn moeder is half Nederlands, half Surinaams. Overigens spraken we thuis altijd gewoon Nederlands, ik heb de Surinaamse taal nooit geleerd. Maar ik voel me een Surinamer.” Des te mooier dat de buitenspeler zijn debuut heeft mogen maken voor dat land. “In 2024 werd ik voor het eerst opgeroepen voor Suriname. De technisch directeur daar, Brian Tevreden, was vroeger mijn trainer bij Ajax. Daardoor is het balletje gaan rollen. Het papierwerk duurde trouwens wel lang, anders had ik al eerder kunnen meedoen.”
Richonell heeft mooie plannen met Suriname. “We kunnen echt iets groots neerzetten. Ons doel is om het WK van 2026 te halen en daar gaan we alles aan doen. We hebben goede spelers. We zitten nu in een kwalificatiepoule met Panama, El Salvador en Guatemala. Als we eerste worden, gaan we gewoon naar het WK. Dat is toch ongelofelijk? Het zou echt historisch zijn. Als je dat weet te bereiken, word je in Suriname echt als koningen ontvangen. Dat weet ik zeker. In dat land leeft het voetbal namelijk steeds meer, omdat er steeds meer spelers met een dubbel paspoort aansluiten en het niveau hoger wordt. Het stadion zit vaak vol, al speel je er wel op kunstgras en de verdere faciliteiten zijn ook nog niet top. Dat moet zich nog ontwikkelen.” Margaret heeft zich in zijn interlands al flink laten gelden. In de wedstrijden die hij speelde voor zijn land maakte hij één doelpunt en gaf hij twee assists. “Het zijn geweldige ervaringen”, aldus Richonell. “Je speelt tegen landen als Martinique, Costa Rica en de Dominicaanse Republiek. Zo kom je op heel bijzondere plekken.”
“Ik stop ermee”
Het lijkt een schitterend voetbalverhaal, dat van Margaret. Maar nog niet zo lang geleden zag zijn leven er heel anders uit. Iets meer dan twee jaar geleden dacht hij nog serieus na of hij nog wel profvoetballer wilde zijn. “Vanaf 2021 tot en met 2023 speelde ik bij TOP Oss”, vertelt hij. “Daarvoor speelde ik bij Ajax in de jeugd, had ik bij Vitesse gevoetbald en kwam ik uit voor Jong AZ. En ik bedoel het niet verkeerd, maar de faciliteiten in Oss waren wel anders dan ik gewend was. Er heerste niet de topsportcultuur die ik kende van mijn vorige clubs. Op voorhand is dat niet erg, want het kon een mooie stap zijn om mezelf in het betaalde voetbal te ontwikkelen.”
Maar al snel merkte hij dat hij zich er niet thuis voelde. “Ik kon het niet vinden met bepaalde trainers en de directie. Ik speelde vaak niet en ik raakte mede daardoor mijn plezier in het voetbal totaal kwijt. Er waren momenten dat ik oprecht dacht: ‘Ik stop ermee. Ik zit nu bij TOP Oss waar ik niet veel speel, wat wordt dan mijn volgende stap?’. In mijn hoofd kon ik weinig goede redenen bedenken om door te gaan. Ik had er geen plezier meer in, geen motivatie en ik begon te twijfelen of voetbal nog wel iets voor mij was. Zonder te overdrijven waren er momenten dat ik bijna wilde stoppen met voetbal.”
De ommekeer
Eén van de redenen waarom Richonell die keuze uiteindelijk niet maakte, is psychologische begeleiding: “In die periode heb ik heel veel gesprekken gehad met mensen, waaronder met psychologen. Ik ben nooit een prater geweest. Daardoor krop je alles op en worden problemen alleen maar groter. Over mijn gevoelens praatte ik niet. Maar in die tijd leerde ik dat wel. Daardoor kreeg ik een heel andere mindset. Ik werd opener, was eerlijk over mijn gevoel en misschien wel het belangrijkste: ik maakte me minder druk om wat anderen van me vinden. Weet je? Plezier is gewoon het belangrijkste. Ik heb geleerd dat ik mezelf niet moet laten kapotmaken door negativiteit of druk van buitenaf. Plezier in het spelletje is alles wat telt. En dit wil ik ook delen omdat veel jonge voetballers of andere jongeren hiermee kampen. Praten helpt.”
Die mindset heeft hem gebracht tot waar hij nu is. Maar daar is een andere partij ook belangrijk in geweest. “RKC Waalwijk was uiteindelijk hét keerpunt”, vertelt Richonell. “Zij gaven me de kans om me te laten zien in de Eredivisie en toen dacht ik: ‘Alles of niets’. Ik besloot om me volledig te focussen op presteren en ik zei tegen mezelf: ‘Ik ga hier slagen’. Veel mensen geloofden dat niet, ik kwam van TOP Oss. Maar ik wist zelf dat ik het kon. RKC is een warme club en zij hebben me heel goed geholpen in mijn ontwikkeling.” Zijn volgende station is dus Deventer. “Ook hier is het warm, het is een familie. Geloof mij, je ziet het niet vaak in het voetbal. Maar deze club kijkt niet alleen naar je als speler, maar ook als mens. Dat is serieus bijzonder.”
En dan speelt Richonell ook nog eens Europees voetbal met Go Ahead Eagles. “Een droom”, glundert hij. “Twee jaar geleden speelde ik nog in Oss en dacht ik aan stoppen. Nu speel ik gewoon in de Europa League. Het kan snel gaan…”