Stedendriehoek

Alles voor de beste zorg voor de patiënt

DEVENTER – Afgelopen januari opende het Deventer Ziekenhuis een nieuw revalidatiecentrum met een (grotendeels) nieuw team. In dit centrum zitten alle disciplines onder één dak, waardoor de patiënt beter en sneller geholpen kan worden. Het revalidatiecentrum is nog maar stap één, want als het aan de revalidatieartsen ligt, gaan er nog veel meer veranderingen plaatsvinden. Alles voor de beste zorg voor de patiënt.

Revalidatiearts Marcel Riemersma (zie foto) komt gehaast binnen. “Excuses dat ik wat later ben. Er was een spoedgeval.” Zijn doktersjas gaat uit en hij trekt een grijs vestje aan. Buiten adem neemt hij plaats. “We gingen het hebben over het revalidatiecentrum”, zegt hij met een glimlach. Na een diepe zucht begint hij te vertellen: “Ons nieuwe revalidatiecentrum richt zich op poliklinisch medisch-specialistische revalidatiezorg (MSR). Een hele mond vol, maar dat houdt in dat wij kijken naar de hulpvraag van de patiënt en naar de ingrediënten die nodig zijn om dit te bewerkstelligen. Ons vak is niet alleen de ziekte behandelen, maar ook om te zorgen dat patiënten weer in de maatschappij kunnen participeren.” De revalidatiearts kan complexe situaties van patiënten analyseren en zo voor specifieke doelgroepen een centrale rol spelen bij triage, indicering, verwijzing en/of behandeling. De revalidatiearts biedt of adviseert patiënten derhalve de meest doelmatige behandeling die mogelijk is, gezien de aard en ernst van de problematiek. Tijdens de behandeling worden meerdere disciplines ingezet.

Veranderingen
Voorheen werd de patiënt (tijdens zijn revalidatieproces) deels bij Klimmendaal Revalidatiespecialisten behandeld en deels bij het Deventer Ziekenhuis. Dit is een structuur die veel revalidatiecentra nog handhaven, maar wat onduidelijk kan zijn voor de patiënt. Hij wordt dan tijdens zijn opname in het ziekenhuis gerevalideerd en na ontslag verder behandeld bij een andere organisatie. “We zijn twee jaar geleden in gesprek gegaan over een andere organisatievorm. Dit resulteerde in één revalidatiecentrum in het Deventer Ziekenhuis. De voordelen zijn dat we nog maar met één dossier werken, we niet meer naar elkaar doorverwijzen, continuïteit van zorg kunnen bieden en één organisatiestructuur en beleid hebben. We hebben door de reorganisatie meer tijd voor de patiënt en kunnen nu betere kwaliteit van zorg leveren.”

Riemersma legt uit dat er in het revalidatieland veel ontwikkelingen plaatsvinden. Het is algemeen bekend dat de populatie vergrijst. Volgens het rapport Revalidatie in 2030, van Revalidatie Nederland, neemt ook het aantal chronisch zieken toe. Steeds meer mensen hebben meerdere aandoeningen tegelijk, ook wel multimorbiditeit. De zorgvraag wordt hierdoor complexer, waardoor de zorgkosten stijgen. Er is een duidelijke tweedeling zichtbaar waarbij mensen uit de lagere inkomensklassen een kortere gezonde levensverwachting kennen, vaker langdurige beperkingen hebben en vaak één of meer chronische aandoeningen hebben. Tot slot vragen de verschillen op het gebied van financiën, kennis en vaardigheden om verschillende benaderingen. “Deze veranderende wereld vraagt om flexibiliteit. Gelukkig zijn wij dat.”

Het ‘vernieuwde’ team
Wanneer je het Deventer Ziekenhuis inloopt, is het revalidatiecentrum links achterin, naast het restaurant. “Wij hebben een mooie hoek waar alles bij elkaar zit.” Riemersma loopt door de lange gangen en vertelt over de ruimtes. “We hebben mooie faciliteiten in dit relatief nieuwe ziekenhuis. Zo zijn er onder andere spreekruimtes, een oefen- en fitnesszaal. Afgelopen januari zijn we ook met een gedeeltelijk nieuw team gestart.” Er zijn nu drie revalidatieartsen (De Jong, Vanstiphout en Riemersma) en een groot aantal nieuwe fysiotherapeuten, ergotherapeuten en andere specialisten.

Revalidatiearts Riemersma loopt al elf jaar rond bij het Deventer Ziekenhuis. Hij studeerde Geneeskunde in UMC Groningen. Zijn specialisatie was revalidatiegeneeskunde. Tijdens zijn opleiding heeft hij onderzoek gedaan naar de hartfunctie van patiënten rond de operatieperiode van patiënten die een amputatie van het been moesten ondergaan. Een van zijn aandachtsgebieden was diabetische voetwonden. “Ik had een paar hoogleraren die iets hadden met voetenproblemen.” Hij lacht: “Ik heb die tic meegenomen naar Deventer. Twee dagen in de week help ik mensen dan ook met voet- en enkelklachten.” Waarmee maakt hij met zijn collega-revalidatieartsen het verschil? “We zijn alledrie ambitieus, dynamisch en flexibel. Het mooie van ons vak is dat we verder kijken dan de ziekte. We kijken hoe de patiënt ondanks zijn ziekte kan participeren in de maatschappij.”

Goede ketenzorg
Het Deventer Ziekenhuis staat voor de juiste zorg aan de patiënt bieden. Op de juiste plek (binnen of buiten het ziekenhuis) en dichtbij. De revalidatieartsen vinden het belangrijk om verder te kijken dan de zorg die zij bieden. De revalidatiearts geeft een voorbeeld: “De kans op voetwonden bij diabetici is groot. In de ketenzorg zouden wij al in gesprek gaan met de huisarts om de patiënten in een eerder stadium te helpen.” Een ambitie is dan ook om een wondcentrum te openen. De pilot begint binnen een paar maanden. “We gaan buiten het ziekenhuis spreekuren draaien. Een andere ambitie is om samen met andere regionale partners een pijncentrum te openen. Hoe eerder we de patiënt kunnen helpen, hoe beter.”