LES 1

‘En als ze dat ding pakt met die wieltjes eronder,’ stelt de rooie kater, ‘dan is ze er vaak een paar nachtjes niet. Let je wel goed op, Heintje?’
De rooie kater zit met de roodbruine pony met zijn neus tegen het keukenraam. Er schijnt een waterig zonnetje en buiten ruikt naar nat gras.
‘Ja, heel goed,’ verzekert de nieuwe, kleine pony hem.
Binnen rommelt het meisje in de keuken.
De egel vult aan. ‘En als ze in de ochtend uit bed is, en ze heeft een mok met zwart heet water gedronken, dan,’ en alle oogjes beginnen te glunderen, ‘komt ze naar buiten. Voeren enzo.’
Heintje lacht blij, hij weet niet goed waarom, maar dat is nou even zo.
‘Mag ik wat vragen?’ vraagt-ie.
‘Straks, Heintje,’ zegt de eekhoorn, ‘we moeten eerst nog uitleggen.’
Dat was ook zo en dus luistert de roodbruine pony gedwee. Het is immers belangrijk om goed te luisteren.
‘Als ik het meisje zie,’ vertelt de zwarte pony, ‘dan hinnik ik hard. Dat vindt ze leuk, dan hinnikt ze een soort van terug.’
Heintje schraapt zijn keel en hinnikt zo mooi als hij kan. ‘Ja, zoiets,’ knikt de zwarte koe, lief maar niet snugger.
‘Soms is ze verdrietig, dan komt ze in de stal zitten. Het is dan héél belangrijk,’ en de dieren schuifelen dichter naar elkaar toe, ‘dat je lief voor haar bent. Je kunt bijvoorbeeld een kusje geven of soms breng ik haar een tak,’ vertelt de zwarte pony.
Het bonte boeltje dieren zit dichtbij het keukenraam en de rooie kater vat de boel nog even samen.
‘En als laatst: als ze met een kleine borstel door haar mond gaat wat gaat schuimen, dan gaat ze naar bed, staat ze op of gaat ze weg. Weet je nu alles, Heintje?’
De roodbruine pony knikt gretig. Hij heeft rode koontjes van het opletten.
‘Je wilde ook nog wat vragen?’
Heintje is de vraag vergeten maar durft dat niet te zeggen. Alle kraalogen zijn op hem gericht.
‘Hoe weet je of ze verdrietig is?’ vraagt hij zachtjes.
‘Dan komen er traantjes. En soms,’ de rooie kater kijkt de kring rond, ‘voel je het gewoon.’
Heintje knikt. Hij weet nog niet goed wat voelen of voeren is, maar dat komt later wel.